“Krijgt staatswiet dan toch Opsteltens 15% THC-limiet?!” vroeg de redactie van CNNBS zich deze week af, naar aanleiding van het nieuws dat een vijftal gemeenten het THC percentage wil beperken van de cannabis die gereguleerd geteeld gaat worden in het kader van de experimenten van het kabinet Rutte III. In een nieuw artikel geeft Mario Zwart vier redenen waarom een THC maximum zo’n slecht idee is.

Slappe staatswiet? Slecht idee!

Door Mario Zwart

Gemeenten die staatswiet willen telen, sturen aan op een maximale sterkte van 15% THC, schrijft het Algemeen Dagblad. Vier redenen waarom dit een slecht idee is.

1. THC is géén oorzaak en ook geen ‘trigger’ van psychische aandoeningen
De limiet lijkt voort te komen uit het achterhaalde idee dat THC psychoses en schizofrenie zou veroorzaken. Grondig onderzoek toonde aan dat dit niet zo is. Dat kun je ook simpel vaststellen: in de meeste westerse landen is het cannabisgebruik de afgelopen vijftig jaar sterk gestegen, terwijl het aantal gevallen van schizofrenie gelijk bleef. En in landen waar nauwelijks cannabis wordt gebruikt, komt deze ziekte evenveel voor als in landen waar stevig wordt doorgestoomd.

Daarna verschoof de aanklacht: oké, cannabis was misschien geen oorzaak, maar wél een ‘trigger’. Het zou leiden tot eerder optreden van de aandoening. Ook dit bleek onjuist; het echte verband was dat veel psychische aandoeningen zich openbaren rond het twintigste levensjaar. Toevallig een periode waarin jongeren veel dingen voor het eerst doen: zelfstandig wonen, relaties, bierdrinken, uitgaan, roken, autorijden. Ook dat zijn geen “oorzaken” van psychische aandoeningen.

2. ‘Sterke’ wiet is gezonder, want je hoeft er minder van te roken
Bij tabak begrijpen de beleidsmakers het wél. ‘Light‘ sigaretten zijn niet gezonder, omdat rokers van ‘light’ sigaretten meer trekjes nemen en deze dieper inhaleren. Bij cannabis is dat net zo. De consument zoekt een bepaald effect. Met concentraten (wax, hasj-olie) bereikt hij dat met een rijstkorreltje aan materiaal, met hasj heeft hij al wat meer nodig, en met wiet nog meer. En van die waardeloze jaren ’70 “Thai wiet” moest je bérgen oproken voordat je eindelijk effect voelde….

Cannabis heeft maar één negatief gezondheidseffect: rook is slecht voor de longen. Hoe meer rook, hoe slechter. Daarom schrijven artsen in de VS vaak concentraten voor aan mediwiet patiënten. Hoe puurder, hoe minder schadelijke ‘ballast’ hoeft te worden opgerookt. De Nederlandse burgemeesters lijken nu het tegenovergestelde te gaan doen: ze dwingen de consument om naast de werkzame stoffen ook een partij “hooi” op te roken.

3. Het effect van de wiet wordt niet alleen door THC bepaald
Het klinkt als een open deur, maar… het effect van cannabis wordt bepaald door tientallen stoffen in deze plant: de cannabinoïden (THC, CBD, CBN, CBG, THC-V en veel meer), flavonoïden (natuurlijke smaakstoffen) en terpenen (aroma’s). Wietjes met een gelijk THC-percentage kunnen qua effect heel verschillend uitpakken. Een THC-percentage op zichzelf zegt niks.
Bovendien is het zo dat wiet met een hoog THC-gehalte meestal ook meer terpenen en flavonoïden bevat. “Sterke” wiet is in alle opzichten beter dan slappe wiet.

4. De markt levert wél de wiet die consumenten willen
Als je de illegale markt wil verkleinen, moet je aantrekkelijke producten leveren. Waarom zou je naar een coffeeshop gaan als je daar alleen slappe staats-meuk kunt kopen? De consument heeft veel alternatieven, zoals eigen kweek, via-via, het Dark Web, 06-dealers of straatverkopers. Het illegale circuit levert dus betere wiet, met meer keuze, op meer plaatsen, met betere openingstijden, zonder leeftijdsgrenzen. Laat me raden… welk verkoopkanaal gaat hier winnen?

Toegift: weggooien is zonde!
Stel dat je toch per ongeluk oploopt tegen een partijtje staatswiet. Dat hooi ga je dus écht niet roken, maar weggooien is ook zowat. Wat nu? Mijn tip: maak er concentraat van. Met een rosin-pers of met oplosmiddel (zoals butaan, isopropanol of ethanol) kun je de werkzame olie eruit krijgen. Die kun je puur roken of verdampen, of over je resterende wiet smeren, je maakt dan een soort ‘moonrocks’.